Grasaren veroorzaken veel ellende voor honden en hun eigenaren
Op voedselrijke en niet goed beheerde bermen en graslanden kun je in de zomermaanden bijna niet om de grasaren (zogenoemde ‘kruipertjes’) heen. De grasaren kiemen in het najaar en bloeien in mei en juni. Deze grassoort heeft een voorkeur voor voedselrijke groeiplaatsen in bermen, braakliggende terreinen, tussen stoeptegels en langs muren. De toenemende warmte heeft er de afgelopen jaren toe geleid dat het aantal grasaren in de openbare ruimte fors is toegenomen
De aartjes van deze grassoort kunnen met hun lange kafnaalden (met weerhaken) makkelijk in de neus, keel, oren, ogen, tussen tenen en in andere lichaamsopeningen van honden terechtkomen en daar het lichaam binnendringen. In het lichaam veroorzaken de aren ontstekingen en kunnen in vitale organen terechtkomen en dat leidt tot complicaties, die soms dodelijk zijn. Als je een grasaar bij je hond niet snel genoeg opmerkt en uit de vacht of van de kop weet te halen, is het aan de dierenarts om de grasaar operatief te verwijderen. Dat is naar voor de hond en duur voor de eigenaar. Een wijkbewoner vertelde dat zijn hond vorig jaar drie keer om deze reden is geopereerd en hij meer dan duizend euro aan dierenartskosten had.